Nadeelcompensatie in het omgevingsrecht. Een tussenstand.

 

Nu de teksten van de nieuwe Omgevingswet en de vier bijbehorende AmvB’s bekend zijn en deze in de consultatieronde zijn geplaatst, begint langzaam duidelijk te worden dat een definitieve tekst van deze voornemens nog niet zo snel in het Staatsblad zal komen, laat staan dat de inwerkingtreding in zicht is.

Uit publicaties in de diverse vakbladen blijkt dat bijv. over het onderdeel Schade, geregeld in Afdeling 15,  uitgebreid wordt gepubliceerd, maar dat de uitgangspunten van de minister van I.en M. (inmiddels van Binnenlandse Zaken) niet op onverdeelde instemming kunnen  rekenen.

Onze Stichting brengt hier een principieel punt uit die discussies onder de aandacht.

In 2013 koos de wetgever voor een uniforme nadeelcompensatieregeling in de Awb. Uit de antwoorden van de minister tijdens de consultatieronde blijkt inmiddels dat zij een uniforme regeling voor nadeelcompensatie niet onderschrijft, zodat het thans kan voorkomen  dat de regering toch weer in de Omgevingswet –in afwijking van art. 4:126- voor de klassieke benadering met een lijstje van schadeoorzaken kiest. In een artikel in het blad Milieu en Recht van oktober 2017 is mr. dr. G.M. van den Broek heel duidelijk in haar stellingname inzake dit onderwerp; “zo wordt het leerstuk van de nadeelcompensatie teruggedraaid tot de stand van zaken in het midden van de vorige eeuw”. Samen met mr. M.K.G. Tjepkema pleit zij in het artikel voor de aanvankelijk beoogde ruimere uniforme nadeelcompensatieregeling in de Awb. De nu gekozen weg in de Omgevingswet stuit bij deze beide bekende annotatoren op weerstand.

Voeg daarbij dat het in de komende wet beoogde 5%-forfait ook al om goede redenen, bij M.A.E. Planken en R.J.R. Hazen, beiden juristen van de Raad van State, in een artikel in O&A 2017/5 stevig  bekritiseerd wordt. De 5%-norm reserveert de Raad van State in haar jurisprudentie voor inbreidingslocaties t.b.v. woningbouw. Verwijzend naar die jurisprudentie lijkt de minister nu deze norm voor te staan voor het hele scala van schadekwesties. “Het” wringt mitsdien en het valt daarom te verwachten dat de komende tijd (jaren?)  mede besteed zal worden aan het “uitonderhandelen” van belangrijke delen van afdeling 15 en de nadeelcompensatieregeling in de Awb.

 

Voor een goed begrip van deze kwestie en meer, brengen wij het artikel “De reikwijdte en rechtsgrondslag van nadeelcompensatie in het omgevingsrecht” onder de aandacht dat u kunt aantreffen in TBR 2016/34. In dat artikel wordt de vergadering van de Vereniging voor Bouwrecht, gehouden op 10 december 2015, onder de loep genomen.

 

HE/26-1-2018